aflossen

{{aflossen}}{{/term}}

1 [vervangen] relayer

2 [terugbetalen] rembourser

♦voorbeelden:

1   de ploegen lossen elkaar om zes uur af • les équipes se relaient à six heures

2   een lening aflossen • rembourser une dette

Deens-Russisch woordenboek. 2015.